Met het Wildeboer-Net BS2 communicatiesysteem biedt Wildeboer Bauteile GmbH nu een oplossing voor het automatisch functioneel testen van brandkleppen.
- Eenvoudige installatie, ingebruikname en bediening
- Vermindering van tijd, kosten en personeelsuitgaven
- Tot 3.200 meter kabellengte met sectie-specifieke foutlokalisatie
- Modules kunnen als zelfstandige eenheden worden gebruikt en bediend
Met het communicatiesysteem Wildeboer-Net BS2 presenteert Wildeboer Bauteile GmbH een nieuwe oplossing voor het automatisch testen van brandkleppen. Voortbouwend op het bekende onderhoudsvrije karakter van de brandkleppen van de fabrikant uit Weener, maakt het ook de handmatige functietests op de bouw overbodig. Dankzij de plug-and-play-mogelijkheid is het volledig vooraf geconfigureerde systeem eenvoudig te installeren, in bedrijf te stellen en intuïtief te bedienen, waardoor de benodigde tijd, kosten en personeel tot een minimum worden beperkt. Bovendien heeft het modulaire communicatiesysteem kabellengten tot 3.200 meter in combinatie met sectie-specifieke foutlokalisatie en de continue werking van niet-aangetaste componenten in geval van een storing. Hiermee kunnen tot 256 brandkleppen functioneel worden getest. Omdat de veldmodules ook als onafhankelijke componenten kunnen worden gebruikt, is het bijvoorbeeld mogelijk om twee brandkleppen afzonderlijk aan te sturen zonder subnetcontroller en buskabels.
Met Wildeboer-Net kunnen regelmatige functiecontroles van onderhoudsvrije brandkleppen volledig op afstand worden uitgevoerd. Onderhoudswerkzaamheden op de bouwplaats zijn niet nodig. De klant ontvangt alles, van de brandklep tot de centrale bedieningseenheid, uit één hand. De geautomatiseerde testprocedure betekent ook dat de beschikbaarheid van het systeem eenvoudig en zonder extra inspanning kan worden gecontroleerd tijdens de reguliere inspectie-intervallen.
Het communicatiesysteem voor brandkleppen wordt bestuurd via een centrale bedieningseenheid die via Ethernet verbonden is met een subnetcontroller. Deze beheert maximaal vier ondergeschikte netwerken, waarop maximaal 32 veldmodules (motor- of IO-modules) achter elkaar kunnen worden aangesloten. Hierdoor is het mogelijk om tot 256 brandkleppen te controleren. De IO-modules hebben ook elk acht in- en uitgangen voor het aansluiten van externe sensoren en aandrijvingen zoals visuele alarmindicatoren of ventilatoren. De maximaal mogelijke kabellengte tussen de modules is 100 meter. Aangezien alle deelnemers stekkerklaar zijn ontworpen voor een netspanning van 230 V, zijn er geen problemen met spanningsverliezen op de bekabeling.
Elke motormodule bewaakt de bedrijfsstatus van maximaal twee brandkleppen met elektrische veerretourmotoren met behulp van geautomatiseerde, parametriseerbare functietests waarbij de brandkleppen worden gesloten en opnieuw geopend. De op deze manier verkregen gegevens worden permanent opgeslagen in de module. Aangezien de modules onafhankelijke eenheden zijn, kunnen de meeste acties niet alleen op afstand worden bediend, maar ook worden geactiveerd via drukknoppen op het apparaat.
De subnetcontroller bestuurt, regelt en bewaakt de datacommunicatie in de subnetten. Hij herkent en adresseert automatisch nieuwe deelnemers, wat de inbedrijfstelling van het systeem veel eenvoudiger maakt. Dankzij de peer-to-peer verbindingen tussen de modules is het ook mogelijk om storingen te lokaliseren en een resterend BUS-bedrijf te starten. Dankzij de galvanische scheiding heeft een defect subsegment geen invloed op de andere subsegmenten. Alleen de subsegmenten "achter" de storingen nemen niet langer deel aan de buscommunicatie. De subnetcontroller communiceert ook met de centrale bedieningseenheid. Hier kan de gebruiker functietests, volgordeschakelingen en kalendersturingen starten en de bedrijfs- en diagnosegegevens bekijken die op de modules zijn opgeslagen via een touchdisplay met een voorgeprogrammeerde gebruikersinterface.